Slapend dienstverband (2) – De risico’s!
Een slapend dienstverband (zie ook deel 1) lijkt geen probleem te zijn. U hoeft immers geen loon meer te betalen. Op het eerste gezicht is het een makkelijke manier om onder de betaling van een transitievergoeding uit te komen. Het in dienst houden van een werknemer die langer dan 104 weken ziek is geweest brengt echter forse risico’s met zich mee.
De werknemer kan zich weer bij u melden omdat het weer beter gaat. Het werk zou geheel of gedeeltelijk hervat kunnen worden. Dan zult u weer loon moeten betalen terwijl er misschien helemaal geen werk meer voor de werknemer is. Zelfs de re-integratieverplichtingen vervallen formeel niet.
Als u wilt reorganiseren dan moet u met het slapend dienstverband rekening houden. Dan kan het gebeuren dat u afscheid moet nemen van een werknemer die u graag wilt houden omdat u de “slapende werknemer” op grond van het arbeidsverleden in dienst moet houden.
Dit soort risico’s kunt u vermijden door een einde te maken aan het dienstverband. Bij voorkeur zo snel mogelijk na afloop van de 104-wekenperiode (na 2 jaar ziekte). U kunt de betaalde transitievergoeding vanaf 1 april 2020 immers terugvragen bij het UWV. De regeling vindt u hier.
Meesters van zaken kan u helpen om op de juiste wijze het dienstverband met uw “slapende werknemer” te beëindigen. Neem voor meer informatie over het beëindigen van een slapend dienstverband contact op met het contactformulier.